Naam indicator | Omschrijving | Streef waarde | 2015 | 2016 | 2016 |
---|---|---|---|---|---|
Behouden en ontwikkelen bestaande natuurwaarden en ontwikkelen samenhangend stelsel van natuurgebieden | Verwerving/functieverandering nieuwe natuur* | 1.506 ha | 537 ha | 400 ha | 547 ha |
Inrichting nieuwe natuur* | 4.206 ha | 823 ha | 1.000 ha | 1346 ha | |
Te realiseren ecoducten over provinciale wegen* | 3 | 2 | 2 | 3 |
* Cumulatief vanaf 2012
Cumulatief is er inmiddels 547 ha verworven dan wel van functie veranderd door een particulier of een terrein-beherende organisatie. Daarmee zijn we op schema. In 2016 is 10 hectare verwerving / functieverandering gerealiseerd. Daarnaast is een correctie doorgevoerd in de voorgaande jaren op basis van een GIS-analyse. Belangrijkste oorzaak voor het relatief lage aantal hectaren verwerving / functieverandering is onder meer het gevolg van een tweetal transacties die begin januari 2017 hebben plaatsgevonden, samen goed voor ca. 70 ha. De verwachting is dat verwerving/functieverandering in 2017 fors hoger dan het gemiddelde van 125 ha per jaar zal uitkomen.
De inrichting van nieuwe natuur is in 2016 juist erg goed verlopen. Er is 523 ha nieuwe natuur ingericht in 2016. De volgende projecten zijn afgerond: Wilnisse Bovenlanden (249 ha), Ruimte voor de Lek (183 ha), Modderbeek (19 ha) en EVZ Bijleveld (5 ha). Daarnaast zijn er in diverse andere gebieden percelen ingericht. Ook is een correctie doorgevoerd in de voorgaande jaren op basis van een GIS-analyse. Daarmee komt de totale oppervlakte nieuwe natuur neer op 1346 ha. De opgave van 4.200 ha in 2028 is hiermee voor 1/3 deel gerealiseerd in 1/3 deel van de tijd. Dit is een opvallende prestatie omdat voor dat kan worden ingericht er eerst moet worden verworven, inrichtingsplannen gemaakt moeten worden etc.. In verband hiermee valt het accent van de realisering van de uitvoering juist later te verwachten.
In 2016 is de natuurontwikkeling in onder andere Peilvak 9 van Groot Wilnis-Vinkeveen, reservaat Demmerik, de zogenaamde Taartpunt in het Oostelijk Vechtplassengebied en de uiterwaarden van de Neder-Rijn voortgezet als onderdeel van integrale gebiedsplannen. Verder hebben we gewerkt aan herstel van moerasnatuur in de Natura 2000 gebieden Botshol en Noorderpark (Life+). Ook zijn we verder gegaan met de uitvoering van de ecoducten N226, N227 en N237. Op 31 augustus 2016 is vanuit het programma Hart van de Heuvelrug het ecoduct Boele Staal geopend.
De leefbaarheid van het landelijk gebied verdient blijvende aandacht. Vanuit de ervaring dat vitale kernen bijdragen aan een vitaal platteland en vaak de (recreatieve) poort vormen naar het omringende gebied, besteden wij ook aandacht aan kleine kernen. Dit geven wij vorm via drie sporen: stimuleren snel internet, verkiezing TOP-dorp en financiële bijdrage aan lokale initiatieven die bijdragen aan het versterken van de leefbaarheid. Dit doen we vanuit het programma Agenda Vitaal Platteland (AVP).
Uit een in opdracht van ons verricht onderzoek blijkt welke adressen in het landelijk gebied niet over snel internet beschikken. Dit zijn er bijna 14.000. Een deel hiervan is vanwege compacte ligging aantrekkelijk voor een businesscase voor marktpartijen. Hierin schuilt echter het gevaar dat deze de krenten uit de pap halen en de overige adressen niet worden aangesloten. Om het voor de markt aantrekkelijk te maken àlle adressen van snel internet te voorzien is regionale samenwerking nodig. Om dit te bereiken hebben wij er voor gezorgd dat de Utrechtse gemeenten een samenwerkingsovereenkomst voor de aanleg van snel internet hebben ondertekend. De beide AVP-gebiedscommissies zijn gestart met de volgende stap: het zorgen voor bekendheid met en enthousiasme voor snel internet in clusters van gemeenten.
De aanleiding voor de verkiezing van het TOP-dorp is een motie van PS. De beide AVP-gebiedscommissies bereiden in samenspraak met PS-leden de verkiezing voor. In het voorjaar van 2017 is gestart met de feitelijke verkiezing.
Om lokale leefbaarheidsinitiatieven te kunnen ondersteunen, is een subsidieregeling opgenomen in de Uitvoeringsverordening AVP.
In de gebieden Zegveld-Noord en Groot Wilnis-Vinkeveen is op 38 ha onderwaterdrainage aangelegd. Peilophoging in de Wilnisse Bovenlanden (na natuurinrichting) heeft nog niet plaatsgevonden. Overige gebieden zijn nog in inrichting of in voorbereiding op de inrichting.
In Polder Portengen zijn in 2016 gesprekken gevoerd met de agrariërs in dat gebied over oplossingen om bodemdaling tegen te gaan en daarmee het waterbeheer robuuster te maken. Hier profiteren zowel de polder als de kern Kockengen van. De gesprekken lopen door in 2017.
Binnen het programma Aanpak Veenweiden van Utrecht-West zijn in 2016 10 projecten gesubsidieerd voor het afremmen van de bodemdaling: twee projecten voor het thema het nieuwe melkveebedrijf, twee voor het thema nieuwe verdienmodellen, vier voor nieuwe watersystemen en twee voor infrastructuur en bebouwing.
Naam indicator | Omschrijving | Streef waarde | 2015 | 2016 | 2016 |
---|---|---|---|---|---|
Bodemdaling veenweide gebieden beperken | Hogere grondwaterstanden realiseren in het veengebied* | 1.500 ha | 20 ha | 800 ha | 58 ha |
* Cumulatief vanaf 2012
Om (toekomstige) verrommeling van het landschap tegen te gaan willen we blijvende leegstand van vrijgekomen agrarische opstallen voorkomen. Samen met de AVP-gebiedscommissies en de stuurgroep Groene Hart hebben we een onderzoek laten verrichten naar de verwachte omvang van dit probleem voor onze provincie. Hierbij hebben we veel partijen betrokken zoals de landbouw en vastgoeddeskundigen. De resultaten van dit rapport hebben we in januari 2017 gepresenteerd in de Statencommissie Ruimte, Groen en Water. De onderzoekers berekenen dat er in 2030 700.000 m2 aan vrijstaande agrarische bedrijfsgebouwen zullen zijn in onze provincie. Aan de hand van de onderzoeksresultaten gaan we samen met de gebiedscommissies een aanpak en strategie bepalen om verrommeling te voorkomen.